Jaren terug werd het regime van auteursrechten ingevoerd en al snel maakten steeds meer uiteenlopende sectoren dankbaar gebruik van deze fiscaal interessante manier van vergoeden.
Onze regering vond het nu wel welletjes geweest en besliste daarom per 01/01/2023 een aantal wijzigingen door te voeren die ons zou moeten terugbrengen naar waarom het regime initieel werd ingevoerd, nl. een gunstige manier van vergoeden voor de kunstenaars en auteurs onder ons.
Of dat was althans de bedoeling…
Waarover gaat het precies?
Inkomsten uit de overdracht of het in licentie geven van auteursrechten of naburige rechten genieten van een voordelige belastingregeling.
Ze ondergaan nl. een belastingtarief (roerende voorheffing) van slechts 15% omdat het gaat over roerende inkomsten. Wie al een tijd actief is in België weet dat de gemiddelde schijven personenbelasting gevoelig hoger liggen dan dat.
Oorspronkelijk ging het steeds om prestaties van artistieke aard, denk aan de schrijvers van een boek of de ontwerpers van kunstwerken, maar ook architecten, fotografen, advocaten en vaak ook de IT wereld zag er al snel graten in en begon er gretig gebruik van te maken.
Zijn bouwplannen, foto’s, contracten en softwareprogramma’s immers ook geen beschermde werken die ter beschikking worden gesteld van de buitenwereld?
De nieuw ingevoerde definitie maakt niet veel meer duidelijk: ‘Inkomsten uit auteursrecht zijn inkomsten die verkregen zijn uit de overdracht van een licentie van auteursrechten, die betrekking hebben op originele werken van letterkunde of kunst of prestaties van uitvoerende kunstenaars, met het oog op de exploitatie of het gebruik van deze rechten.’
Toepassingsgebied
Voortaan zal het toepassingsgebied verder worden ingeperkt en zullen enkel nog houders van een kunstwerkattest gebruik kunnen maken van de auteursrechtenregeling.
Heb je geen dergelijk attest, kun je enkel nog gebruik maken van dit regime wanneer je jouw werk overdraagt of in licentie geeft aan een derde in kader van een publieke mededeling of reproductie. Zo zal een persfotograaf bv. enkel nog in aanmerking komen wanneer zijn foto’s effectief worden gepubliceerd in een reportage.
Het zijn bovendien ook steeds enkel de oorspronkelijke rechthebbende of zijn erfgenamen die de rechten mogen overdragen.
De bedoeling van het Ministerie was om het toepassingsgebied sterk in te perken.
Hoewel geen enkele sector volgens de wet expliciet wordt uitgesloten, zijn er wel beperkingen opgelegd, maar wie de wet in detail interpreteert zal merken dat alles nogal vaag wordt gehouden. Bijgevolg staan, opnieuw, vele aspecten van de nieuwe wet ter discussie en gaan we hier ongetwijfeld nog over horen.
Het wordt afwachten in hoeverre deze wetswijziging in zijn huidige vorm echt veel teweeg zal brengen.
Nieuwe plafonds
Auteursrechten kunnen niet onbeperkt worden toegekend.
Een absoluut plafond bestond al langer dan vandaag (in 2023 een goeie 70.000 euro), net als de mogelijkheid om forfaitaire kosten toe te passen op de bruto inkomsten uit auteursrecht.
Echter, vanaf 01/01/2023 werd ook een relatief plafond ingevoerd, wat betekent dat maximaal 30% van je totale vergoeding mag bestaan uit auteursrecht (een overgangsregeling legt het percentage vast op 50% voor 2023, 40% voor 2024 en dus pas 30% vanaf 2025).
Om het nog wat ingewikkelder te maken, moet er ook worden toegezien dat het gemiddelde van de auteursrechtelijke inkomsten uit de vorige 4 belastbare tijdperken niet hoger is dan het absolute plafond dat van toepassing is in het huidige belastbare tijdperk.
Is dit wel het geval, zullen de volledige inkomsten uit dit jaar niet langer als roerende maar als beroepsinkomsten worden beschouwd (lees: zwaarder worden belast).
Er werd ook een overgangsregeling voorzien voor wie dit reeds in het verleden heeft toegepast en zich nu afvraagt hoe het verder moet.
Wie zich geheel of gedeeltelijk laat vergoeden via auteursrechten of wie er gebruik van zou maken in de toekomst, kan ons steeds contacteren bij vragen.