Meldingsplicht huur onroerend goed via model 270 MLH

06/06/2024

Voor het eerst in jaren zijn het aantal codes in de aangifte personenbelasting gedaald ten opzichte van het vorige jaar. In totaal zijn er maar liefst 10 codes minder. Halleluja! Zou die administratieve vereenvoudiging er dan toch eindelijk komen? Het was een beetje wishful thinking want de fiscus heeft dan maar beslist om in de plaats een aantal verplichte bijlagen toe te voegen vanaf aanslagjaar 2024 (inkomstenjaar 2023). Allicht de belangrijkste daarvan is het modelformulier 270 MLH dat moet worden toegevoegd indien de belastingplichtige zijn betaalde huur (en huurvoordelen) als beroepskost wil aftrekken.

Wanneer is dit vereist?

Niet alleen de huurder van een onroerend goed maar ook de houder van een zakelijk gebruiksrecht op een onroerend goed (denk bv. aan vruchtgebruik of recht van opstal) wordt verplicht om een aantal gegevens met betrekking tot de huur op te nemen als bijlage bij de aangifte. Als we spreken over de aangifte personenbelasting zijn het uiteraard de zelfstandigen die opereren via een eenmanszaak of de bedrijfsleiders die opereren via een vennootschap die hier in aanmerking komen. Maar ook een rechtspersoon (vennootschap) die een pand huurt is onderworpen aan deze verplichting, zijnde het dan via een bijlage bij de aangifte vennootschapsbelasting (rechtspersonen die onderworpen zijn aan de rechtspersonenbelasting, denk maar aan de vzw’s, vallen hier niet onder). Het is bovendien niet enkel toepasbaar op huurpanden gesitueerd in België, alle panden binnen de EER vallen onder deze toepassing. Enkel in het geval dat er voor de huur een factuur of ander toepasselijk btw-document wordt opgesteld, is de bijlage bij de aangifte niet verplicht.

Welke info moet in de bijlage worden opgenomen?

Volgende zaken moeten sowieso worden opgenomen: de gegevens van de verhuurder(s) of verlener(s) van het zakelijk recht (= naam, adres en rijksregister- of btw-nummer), het volledige adres van het onroerend goed (bij een grond zonder specifiek adres, is het nummer van de kadastrale legger aangewezen), het bedrag van de huur en huurvoordelen die in het betreffende jaar zijn betaald of toegekend en het deel van dat bedrag dat werkelijk als beroepskost wordt ingebracht (samen belaste echtgenoten of wettelijk samenwonenden vermelden het totale bedrag van de door hen betaalde vergoedingen).

Hoe gaat het dan in de praktijk?

  • Ben je vruchtgebruiker en schrijf je af op het vruchtgebruik dan dien je die afschrijving niet op te nemen, dit is nl. geen betaling of vergoeding. Toch moet de vruchtgebruiker de bijlage 270 MLH indienen, bij de betaalde bijdragen dient er dan 0,00€ te worden vermeld. Let wel: in het jaar van aanvang vruchtgebruik, het jaar waarin het vruchtgebruik effectief wordt betaald, dient dit totale bedrag wel te worden opgenomen in de bijlage.
  • De verplichte bijlage dient per onroerend goed te worden ingevuld. Huur je dus verschillende panden en neem je dit op als beroepskost, dien je per pand een afzonderlijke bijlage toe te voegen (uitzondering: één globale betaling voor verschillende percelen grond).
  • Gehuwden of wettelijk samenwonenden die beide de huur van eenzelfde pand in kosten brengen, dienen dus al minstens twee bijlagen toe te voegen aan de aangifte.
  • Iedere huurovereenkomst voor een onroerende goed, die niet dient tot de hoofdverblijfplaats van de huurder, is in principe verplicht (betalend) te registreren. Maar wat als dit toch niet is gebeurd, is uw huur dan nog aftrekbaar? Een recente circulaire van eind april 2024 brengt iets meer duidelijkheid:
    • Beschikt u toch over een huurovereenkomst die gratis werd geregistreerd, kan en zal allicht worden aangenomen dat de huurder het pand niet voor beroepsdoeleinden gebruikt … en kan/zal de huur bijgevolg als niet-aftrekbaar worden beschouwd. De verhuurder wordt hierbij beschermd, in die zin dat hij wordt verondersteld de huurovereenkomst te goeder trouw te hebben afgesloten, onder de intentie dat het pand niet beroepsmatig zou worden gebruikt. Bijgevolg wordt de verhuurder ook niet op die manier belast op de werkelijk ontvangen huurinkomsten in zijn aangifte (maar wel op het geïndexeerd kadastraal inkomen, verhoogd met 40%).
    • Beschikt u over een huurovereenkomst die, ondanks de verplichting, niet werd geregistreerd, maar u voorziet de verplichte bijlage bij uw aangifte wel, blijft de huur wel aftrekbaar bij u en zal de verhuurder ook op de werkelijke ontvangen huurgelden worden belast.
    • We kunnen dus besluiten dat:
      • Op basis van deze circulaire een eventuele niet-registratie, ondanks de verplichting, de aftrek van de beroepskost dus niet per definitie in de weg staat. De aftrekbaarheid moet wel steeds blijvend worden getoetst aan het fameuze art. 49 WIB 92.
      • Het aftrekverbod geldt in principe enkel bij een gratis registratie van de overeenkomst.
      • Huurovereenkomsten voor de huisvesting van de belastingplichtige (uw eigen privéwoning, appartement, …) vallen buiten deze toepassing.

Uiteraard houden wij bij Impaccta rekening met deze nieuwe verplichting en uw specifieke situatie. Neem gerust contact met uw dossierbeheerder bij vragen.

hulp nodig?

neem contact met ons op voor overleg

Klaar om jouw financiën naar een hoger niveau te tillen? Neem vandaag nog contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek. Ontdek hoe onze accountancy-experts u kunnen helpen jouw bedrijf te laten groeien, jouw administratie te stroomlijnen en jouw financiële doelen te bereiken. Samen zorgen we voor succes en gemoedsrust.

andere artikels

alles zien

Kunnen we helpen?

We antwoorden binnen de 24 uur

Kies voor Impaccta en voor een boekhouding die altijd up-to-date is. Vertrouw op ons professioneel team voor foutloze cijfers en betrouwbare financiële inzichten. Zo kan jij je richten op het laten groeien van jouw bedrijf.